In onderstaande analyse wordt een inhoudelijke toelichting gegeven op afwijkingen ten opzichte van de begroting die groter zijn dan € 50.000 op taakveldniveau.
0.4 Overhead
Het nadelige effect van €1.252.000 op dit taakveld wordt veroorzaakt door een aantal verschillen op zowel de baten als lasten. De grootste verschillen worden hieronder toegelicht.
Doordat er minder uren zijn toegerekend aan projecten en/of investeringen, onder andere door uitgevallen personeel heeft dit geleid tot een nadelig effect van €817.000. Dit nadelige effect wordt deels opgevangen door ongeveer €200.000 aan UWV-vergoedingen die we hiervoor hebben gekregen. In 2024 is er veel geïnvesteerd in het opleiden en begeleiden van personeel, wat voor hogere kosten €167.000 heeft gezorgd. Ook zijn de kosten voor de accountantscontrole €48.000 en de fiscale ondersteuning door o.a. een correctie op de WKR €125.000 hoger uitgevallen. Om de voorziening spaarverlof op het juiste niveau te brengen is er een extra dotatie gedaan €101.000. Het onderhoud aan het stadskantoor heeft €52.000 meer gekost dan begroot. Binnen de werkbudgetten van de afdelingen zorgen de overschrijdingen voor een nadeel van ongeveer €150.000.
Voor een tweetal applicaties, voor het landmeten en de vergunningverlening zijn de contracten overgegaan van GR de Bevelanden naar Goes. Hiermee was begrotingstechnisch binnen dit taakveld geen rekening gehouden. Ook zat er een aansluitingsverschil tussen de begrote -en werkelijke bevoorschotting van GR de Bevelanden. Samen zorgen deze verschillen voor een nadelig effect van €253.000. Het restantverschil op de lasten binnen dit taakveld wordt verklaard door overige kleine verschillen.
Naast het voordelige effect van €200.000 door UWV-vergoedingen, is er ook een ander voordelig effect op de baten. Omdat de overheadskosten meer volledig rekening worden gebracht bij huurders van het stadskantoor zorgt dit voor een voordeel van €194.000 binnen dit taakveld. Niet alleen voor 2024, maar ook voor de komende jaren zorgt dit voor een structureel positief effect. Deze extra structurele baten worden voor de komende jaren meegenomen bij het opstellen van de bestuursrapportage 2025 en programmabegroting 2026. Ook worden steeds beter de kosten van opleidingen, wanneer deze worden bijgewoond door medewerkers van andere gemeenten, aan de betreffende gemeenten doorbelast. Dit zorgt voor het restantverschil op de baten.